HAN Solarboat maakt zich op voor race in Monaco

Je moet even goed kijken als je de montagehal in Doetinchem binnenloopt, want in het platte gevaarte dat daar ligt herken je niet direct een boot. Maar het is er wel één: de HAN Solarboat, om precies te zijn. De groep studenten van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen die er aan sleutelt, vertrekt komende zondag naar Monaco voor hun tiende deelname aan de Energy Solar Challenge.
Een jubileumjaar voor de HAN. Teamleider Leonie Dijkhof ging al vijf keer mee. In dit jubileumjaar kijkt ze trots terug. In die tien jaar hebben de boten op zonne-energie al een enorme ontwikkeling doorgemaakt. De eerste exemplaren hadden nog grote en best zware zonnepanelen en nu hele lichte zonnecellen.
“Tijdens één van de eerste edities in 2014 hebben we de tweede plek behaald in Monaco en dat we twee jaar geleden derde werden met deze boot”, dat ziet Leonie als geweldige prestaties. De laatste generatie solarboat waar nu mee wordt gevaren is een boot die bijna over het water vliegt. Onder de boot zitten foils, een soort van draagvleugels die bij voldoende snelheid de boot een stuk uit het water tillen maakt de weerstand in het water minimaal en de snelheid een stuk groter.
Kijk hier hoe de HAN Solarboat vaart:

Boot op zonne-energie

Daar waar de eerste boten een snelheid haalden van nog geen 15 kilometer per uur gingen, gaat de huidige solarboat wel 40 kilometer per uur. Dat is al een aardige snelheid op het soms onstuimige water op de zee bij Monaco.

Niet iedereen durft piloot te zijn

Klaasjan Wagenaar is de piloot van de boot op de komende missie. Hij gaat voor het eerst mee naar Monaco. Hij is blij dat hij daar bij de Middellandse Zeekust nog even tijd krijgt om aan de golven te wennen. Klaasjan voelt wel de nodige verantwoordelijkheid op zijn schouders. Hij is straks de man aan het stuur.

Maar het is ook niet zomaar een baan voor iedereen. teamleider Leonie durft het niet echt aan om piloot te zijn. En hoe zit het dan met Klaasjan? Geven ze hem misschien de baan van piloot omdat hij nog niet weet wat er boven zijn hoofd hangt? “Dat vermoed ik”, reageert Klaasjan lachend.